Stel: je zoon gaat filosofie studeren in Portugal. Stiekem droom je ook over een leven in de zon en tijdens een van je bezoeken, stuit je op een berg met zo’n typische Alentejo-boerderij. Een met witte muren en blauwe kozijnen te midden van een grote eucalyptusplantage… Je ziet jezelf er zitten, uitkijkend over de bergen. En wat doe je dan? Je pakt je biezen en gaat je zoon achterna. Ik heb het over Wynand en Nel en hun wonderschone plek, Monte do Casarão.
“Als je het hebt over een familieband!”, lach ik als ik de Nederlandse eigenaren zie. Een paar jaar geleden gingen ze hun zoon achterna naar Portugal. Maar niet de Algarve deed hun hart sneller kloppen, het was de provincie Alentejo. “Hier is het mooier, rauwer én ruiger”‘ lacht Wynand. “We waren direct verkocht.” Op het terrein sieren zes gastverblijven, allen op hun eigen berg. “Authentieker dan dit wordt het niet”, lacht hij als we samen rondlopen. De witte Alentejo-boerderijtjes, met hun grote leefterras en buitenkeuken, sieren in de zon. Wynand begint te vertellen over het buitenleven en de stilte. “Je plugt uit en laat je onderdompelen in het Portugese landleven.”
Na die rondleiding heb ik natuurlijk ook mijn biezen gepakt, een paar goede vrienden gebeld en ingecheckt in een van de sfeervolle boerderijtjes van Monte do Casarão. Vaak genieten we hier ’s avonds op het terras van de sterrenhemel en eten we binnen in de woonkeuken. En pas bij het zoutwaterzwembad kom ik de andere gasten tegen. Waar een familieband je wel allemaal niet kan brengen, bedenk ik me. En lachend plug ik nog wat verder uit, terwijl de zon langzaam achter mijn eigen berg zakt.